Grillig groeiende boom met een hoogte van 15 - 20 (25) m. Heeft een grijze stam met ondiepe groeven, de twijgen en het jonge blad zijn roodbruin. De naam f. inermis is een verzamelnaam voor diverse doornloze vormen van Gleditsia triacanthos. Hij heeft daarom vaak de voorkeur bij aanplant in straten en lanen. Het tot 20 cm lange, samengestelde blad loopt laat uit, de afzonderlijke blaadjes zijn circa 3 cm groot. In de zomer zijn ze frisgroen, in de herfst goudgeel. Na de bloei verschijnen de sikkelvormige peulen die soms wel 45 cm lang kunnen zijn. Ze kleuren van geelgroen naar bruinrood en zijn tot diep in de winter aanblijvend. Winterhardheidszone: 5a